Bruine soldaatboktor Obrium brunneum

(Fabricius, 1793)

? (UK), Gemeiner Reisigbock (DE)


Status in NL

Voor 1980: Minder algemeen, vanaf 1980: Minder algemeen (TEUNISSEN (2009)

Waarneming.nl: Vrij algemeen (april 2024)

Tekst : R. Geraeds. 2021/07-vs1

Herkenning

De Bruine soldaatboktor is een zeer kleine tot kleine (4-7 mm) boktor met een relatief lang borststuk met een stompe zijdoorn. Het borststuk is veel smaller dan het achterlijf. De kevers zijn vrij egaal roodbruin gekleurd. De dijen van de poten zijn enigszins verdikt. De dekschilden, het borststuk en de poten zijn bezet met lichte, witgele haartjes. De vrouwtjes hebben een forser postuur en naar verhouding kortere sprieten dan de mannetjes.

Bruine soldaatboktor - Obrium brunneum (R. Geraeds))

Gelijkende soorten

De Bruine soldaatboktor lijkt sterk op de veel zeldzamere Rode soldaatboktor (Obrium cantharinum). Deze soort is echter iets groter en duidelijker rood gekleurd. Bij de Bruine soldaatboktor is de afstand tussen de ogen ongeveer gelijk of groter dan breedte van één oog. Bij de Rode soldaatboktor is die afstand kleiner dan de breedte van één oog. Verder zijn de poten bij de Rode soldaatboktor meestal duidelijk donkerder van kleur dan de rest van het lichaam, terwijl de kleur van de poten van Bruine soldaatboktorren niet veel afwijkt van de kleur van de rest van het lichaam.

Verwarring is ook mogelijk met de Mandenboktor (Gracilia minuta). Het eenvoudigste verschil is de breedte van het borststuk, dat bij de Mandenboktor ongeveer even breed is dan het achterlijf. Het borststuk bij de twee soorten soldaatboktorren is duidelijk smaller van het achterlijf. Tevens heeft de Mandenboktor geen doorn op het borststuk.

Onderscheif soldaatboktorren op basis van de poten. (R. Geraeds)

Soldaaldaatboktorren hebben verdikte dijen (1). De Bruine soldaatboktor is geheel roodbruin van kleur, inclusief de poten (2). De Rode soldaatboktor is rood, maar de poten zijn duidelijk donkerder van kleur (3) dan de rest van het lichaam.

Habitat, waard- en voedselplanten

De Bruine soldaatboktor wordt vooral in open naaldbossen en bosranden aangetroffen. De broedbomen bestaan uitsluitend uit naaldbomen. In Nederland is dat vooral Fijnspar (Picea abies). De ontwikkeling is ook bekend uit lork (Larix sp.), dennen (Pinus sp.) en zilverspar (Abies sp.).


De kevers eten stuifmeel en/of nectar en worden vaak op bloemen van kruiden en struiken van Wilde lijsterbes (Sorbus aucuparia), meidoorn (Crataegus sp.), rozen (Rosa sp.), spirea (Spiraea sp.), Hertshooi (Hypericum sp.) en schermbloemigen (Apiaceae) aangetroffen (TEUNISSEN, 2009; KLAUSNITZER et al., 2016b).

Leefgebied van de Bruine soldaatboktor, een sparrenopstand in een gemend bos (R. Geraeds).
Bloeiende Wilde lijsterbessen langs naaldbossen zijn kansrijke plekken om Bruine soldaatbok te vinden (R. Geraeds)

Bloeiende Wilde lijsterbessen langs naaldbossen zijn kansrijke plekken om Bruine soldaatboktor te vinden.

Levenswijze

De larven van de Bruine soldaatboktor leven vooral in dode, droge twijgen en takken in boomkronen en in dunne stammen. Ze knagen oppervlakkige, meanderende gangen in het spinthout die naarmate de larven groeien breder worden. De verpopping vindt in het voorjaar in het hout plaats waar ze een poppenwieg knagen die met een prop van spaanders wordt afgesloten. De ontwikkeling van de larven duurt één jaar (KLAUSNITZER et al., 2016b).

De imago’s zijn overdag actief en verblijven waarschijnlijk vooral op de potentiële broedbomen of op bloemen van struiken en kruiden waar ze foerageren.

Vliegtijd & Methode

De Bruine soldaatboktor is een voorjaarssoort die vanaf april tot in juli kan worden gevonden. Het meest wordt de soort in mei waargenomen. De uiterste eigen waarnemingen stammen van 24 april (2019) en 30 juni (2019).

J

F

M

A

M

J

 J

A

S

O

N

D













Zicht

Hout/stobben

+


Bloeiende kruiden en struiken

+++

Klopscherm


+++

Sleepnet


-

Licht

ML/HPL

-


Blacklight


Lokstoffen

Feromonen

-

Overig






Lokale ervaringen

De Bruine soldaatboktor is gemakkelijk op zicht te inventariseren door het afspeuren van bloeiende struiken. De soort is vooral op bloemen van Wilde lijsterbes en meidoorn gevonden. Daarnaast is de soort ook enkele keren op bloemen van Dolle kervel (Chaerophyllum temulum) aangetroffen. Ook is de soort goed met het klopscherm te inventariseren door het afkloppen van bloeiende struiken en takken van Fijnspar.